Navigation:  »No topics above this level«

Applicatiebeheer

Previous pageReturn to chapter overviewNext page

Het beheer van een applicatie als PAC, die binnen een uitgeverij belangrijke processen ondersteunt, is van groot belang voor het goed functioneren van de uitgeverij. Als de applicatie, om welke reden dan ook, niet functioneert zoals verwacht of gewenst, dient een probleem zo snel mogelijk te worden geïdentificeerd, gemeld, onderzocht en verholpen. Ontwikkelingen in de uitgeverij, uitgeverijwereld en in de ICT moeten in de gaten worden gehouden om zo goed mogelijk aan wensen en eisen te voldoen.

 

Verkaart Automatisering heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar het beheer van software applicaties. Op basis hiervan stellen we de volgende aanpak voor:

 

Er kan onderscheid worden gemaakt tussen 3 typen beheer:

1.Technisch beheer: Het technisch beheer is verantwoordelijk voor de instandhouding, het beheer en het onderhoud van de technische infrastructuur. De infrastructuur bestaat uit alle te gebruiken automatiseringsmiddelen voor het kunnen opslaan, verwerken en transporteren van gegevens en het voorzien van informatie.
2.Applicatie beheer: Het applicatiebeheer is verantwoordelijk voor de instandhouding van PAC en de databases.
3.Functioneel beheer: Het functioneel beheer is namens de gebruikersorganisatie verantwoordelijk voor het instandhouden van de functionaliteit van PAC.

 

Dit hoofdstuk is een handleiding voor de Applicatiebeheerder. Van de applicatiebeheerder wordt onder meer verwacht dat hij / zij de volgende taken goed kan uitvoeren:

 

-Het kennisnemen van wijzigingen in nieuwe releases van PAC en in goede banen leiden van updates
-Klaarzetten van bestanden voor import naar PAC en verantwoordelijkheid voor de juiste inhoud van deze bestanden.
-Onderhouden en werken met batchrun, indien uitgeverij beschikt over deze module voor automatische import en export
-Er zorg voor dragen dat rapportages en mailingen kunnen worden uitgevoerd en hierin de juiste gegevens worden getoond.
-Het bijhouden van wijzigingen in de verschillende bedrijfsprocessen die PAC ondersteunt (in samenwerking met functioneel beheer). Denk hierbij bijvoorbeeld aan de overstap naar ISBN13 of POD.
-Beveiligen van de gegevens, zowel van oneigenlijk gebruik van buitenaf als van oneigenlijk gebruik van binnenuit (beveiliging van gegevens en rechten/rollenbeheer).
-Beantwoorden van vragen van het functioneel beheer
-Het oplossen van meldingen die interne activiteiten betreffen (denk hierbij aan een niet uitgevoerde import, rechtenkwesties etc.)
-Indien het probleem Verkaart Automatisering betreft: het op een gestructureerde manier aanmelden van de melding en in samenwerking met Verkaart Automatisering de melding oplossen. Het proces incidentenbeheer gaat dan over in het proces wijzigingsbeheer.

 

Om u voor te bereiden op deze taken dient u enige kennis te hebben van PAC en van de techniek achter PAC. Deze handleiding en de bijbehorende cursus bieden u deze kennis.

 

Elke uitgeverij krijgt te maken met applicatiebeheer. Dit applicatiebeheer is natuurlijk niet alleen op PAC, maar op elke applicatie die u in uw uitgeverij gebruikt. Dit kan in meer of minder mate zijn uitbesteed. Voor een snelle response, juiste verantwoordelijkheden en belangen en centraal beheerde kennis adviseren wij u dit in huis te laten uitvoeren. Verkaart Automatisering is bekend met een aantal aspecten die daarin spelen en spant zich in om hier goed op aan te sluiten. Hieronder beschrijven wij de taken waarvan geacht wordt dat u die voor een goede werking van PAC uitvoert.

 

Het applicatiebeheer binnen PAC is op de volgende manier georganiseerd:

1.Op systeemniveau (extern) : De beheerstaken die met de PAC installatie te maken hebben en met de administratie(s) in z'n geheel, zoals reserverkopieen maken, versturen, etc.
2.Op administratieniveau (intern) : De beheerswerkzaamheden die de werking van de administratie beinvloeden en waarin het bedrijfsbeleid (waar mogelijk) kan worden vormgegeven. Denk hierbij aan hoe modules zich moeten gedragen, hoe de verantwoordelijkheden kunnen worden ingericht, hoe huisstijlen worden weergegeven, waarmee hersteltaken kunnen worden uitgevoerd en hoe controles kunnen worden uitgevoerd.
3.Het aanwijzen van interne medewerker binnen uw uitgeverij die kan functioneren als interne vraagbaak binnen uw uitgeverij (interne service gerichtheid) om bepaald applicatiebeleid te waarborgen. Daarbij voorzien wij u alvast van enkele op dit moment bekende feiten/kennis binnen het onderwerp Applicatiekennis.