Navigation:  Applicatiebeheer > Applicatiekennis >

Test omgeving opzetten

Previous pageReturn to chapter overviewNext page

U kunt, om verschillende redenen, een testomgeving willen opzetten. Bijvoorbeeld in de eerste fase van het gebruik met PAC, om nieuwe gebruikers te laten wennen aan het programma of omdat u nieuwe modules of functionaliteit tijdelijk wilt testen buiten uw werk/live/productie omgeving.

 

De testomgeving is niets anders dan een tweede PAC, waarin jullie huidige administratie gekopieerd kan worden. Zodoende heb je een tweede PAC identiek aan de originele, maar helemaal los van elkaar, zodat je in het tweede PAC zonder gevolgen voor de eerste van alles kunt uitproberen of testen. Dit gebruik je met name als een update voor jullie interessant is. Wij hebben elke update getest, maar op een meer algemeen niveau, of het werkt en doet wat het moet doen (specifiek gezegd hebben we de nieuwe functionaliteit en gewijzigde functionaliteit getest en akkoord bevonden) . Maar om er zeker van te zijn dat de update doet wat men wil en verwacht raden wij elke klant aan om de update eerst te testen in de testomgeving. Daarbij hoeft men zich enkel te richten op wat in de releasenotes voor de gebruiker van belang is.

 

Hier zal worden beschreven hoe u makkelijk een nieuwe testomgeving kunt opzetten.

 

Om verwarring te voorkomen gaan we in dit voorbeeld uit van het volgende:

 

De huidige versie van PAC noemen we "PAC (1)" en staat op locatie N:\DATA\PAC
De nieuwe testversie van PAC noemen we "TESTPAC" en staat op locatie P:\DATA\TESTPAC